De Reis van de Heldin staat voor het universele plan van persoonlijke groei. Deze blog is een vervolg op de podcast het vertrek en de drempel en gaat over de reis door de onbekende wereld.
Laten we nog even kort terugblikken op de eerste en tweede stap in de reis. De eerste stap begint met het horen van de roep, onze innerlijke stem of duidelijke signalen in ons leven die ons uitnodigen om in beweging te komen. Als we gehoor geven aan de roep dan vertrekken we, we gaan op reis, en zetten de tweede stap, we ontmoeten de drempel.
Drempel
Het naderen van de drempel staat gelijk aan de ontmoeting met de wachters van het oude. Zij zorgen ervoor dat alles bij het oude blijft. Denk hierbij aan jouw aanpassingen en overleving. De wachters beschermen jouw kernwond en voorkomen dat je hierin geraakt wordt. Jouw kernwond, jouw diepere pijn, ligt veilig opgeborgen in de grot, in de onbekende wereld. En daarachter ligt jouw teruggetrokken deel. Alles diep verborgen in de duisternis en haast onvindbaar. Maar ook in de buurt van jouw grootste groeipotentieel, jouw schat.
De delen van aanpassing en overleving ontstaan in de relatie met je ouders, je eerste verzorgers en worden daarnaast beïnvloed door omgeving, school, cultuur. Op deze manier ontwikkelen we ons als het ware om onze pijn heen. Dat gaat heel lang goed en levert ons zelfs iets op. Maar er komt een kantelmoment waarop het ons in onze groei als mens vertraagd. Het zorgt ervoor dat we stil komen te staan, vastlopen. Dat kan op allerlei manieren, heel abrupt of door een inzicht of ziekte zelfs. Pas als we stil staan en de tijd nemen om naar onze innerlijke wond te kijken, dan kan de pijn langzaam ontspannen. We gaan ondanks onze innerlijke wond ruimte ervaren en kunnen toegang krijgen tot het deel in ons dat teruggetrokken was omdat er geen ruimte voor was. Hierdoor ontstaat er een opening naar een deel in onze potentie die wij tot nog toe nog niet konden leven.
In de heldenverhalen wordt de drempel weergegeven als een diep ravijn, de donkerblauwe oceaan, een donkere grot, de buik van de walvis. De drempel overgaan is bereid zijn te sterven. Al het oude los te laten, de oordelen, de verhalen van hoe het is, zodat het leven kan hernieuwen.
Tegenwoordig willen we allemaal geluk en doen we heel erg ons best om dat te bereiken door positief te denken. Daar is op zich niets mis mee. Wat echter ook heel erg belangrijk is het besef dat als we kiezen voor het leven, we ook moeten kiezen voor de dood. Veel mensen zijn bang voor de dood. De dood is echter een noodzakelijke, onoverkomelijke fase in de groei van het leven. De cyclus is leven-dood-leven enzovoort.
Als mens groeien is geen idyllisch proces, het is een proces waarin de paradox leeft. Niets is vrijblijvend en alleen het één. Groeien is het zowel het één als het ander accepteren. Hoe moeilijk dat ook is. Groeien in onschuld kan gewoonweg niet. Er wordt ook een mate van meedogenloosheid gevraagd, bereidheid tot verraad. Zonder dat kan het oude niet in liefde worden losgelaten.
De drempel overgaan en het bekende achter je laten, hoef trouwens niet te betekenen dat je alle schepen achter je verbrandt waardoor je niets meer hebt om naar terug te komen. Hangt de angst voor het onbekende bij jou misschien ook samen met angst voor verlies van controle ? Je weet dan al dat je uit evenwicht zal raken. Wat ook klopt. Het verliezen van balans is geen prettig gevoel, daarom wil je het vermijden maar het geeft wel ruimte om een nieuw evenwicht te vinden.
Het niet willen verliezen van de controle is trouwens vaak het patroon waarmee je hebt leren overleven. Patronen in een familiesysteem ontstaan altijd ten koste van degene die ingezogen is. Daarom kan het zo zwaar zijn én tegelijk zo moeilijk zijn om los te laten. Je lijkt geen vrije wil te hebben. Je zit vast.
Misschien herken jij je hierin. Wil jij in principe ook aan je persoonlijke ontwikkeling werken, maar wil je nu nog niet op reis? Eerst even rust, of pas als je alles op orde hebt. Wil je je eerst sterk voelen en dan pas mee op reis gaan. Heel herkenbaar. En weet je ik heb dat zelf ook best vaak gezegd. Totdat ik leerde dat juist het samen reizen, je steunt in je kwetsbaarheid te durven zijn en hierin de pantsers los te laten. Te voelen wat je echt raakt, wat echt belangrijk voor jou is.
Wat ook belangrijk is om je te realiseren is dat in het volhouden van je worsteling heel veel energie gaat zitten. Eigenlijk zit er heel veel liefde in en nog heel veel andere emoties. Vaak zien we alleen maar de worsteling en is dat een grote kluwen die in de knoop zit en alleen nog maar meer in de knoop raakt, hoe meer we ons best doen. In feite doen we niets anders dan ons patroon verdiepen. Als je bereid bent om de drempel mee over te gaan, kunnen we kijken welke draden er allemaal door jouw worsteling lopen. Het systemische gedachtegoed kan je helpen om de knopen van jouw worsteling te ontwarren.
Het Onbekende
In de Reis van de Heldin volgt na het nemen van de drempel de val in het onbekende. Dit deel staat voor het begin van de zoektocht en de dwaling stap 3. Tijdens de dwaling ontmoet je je helpers, stap 4 en kom je in aanraking met je kindwond stap 5. Op de kindwond wil ik nu dieper ingaan. Vaak zijn we ons niet bewust van de impact van de kindwond op ons leven als volwassene. Dit omdat we ermee hebben leren leven.
Een belangrijk deel van onze worsteling vindt zijn oorsprong echter in onze persoonlijke ontwikkeling van kind tot volwassene. Vooral in de eerste kinderjaren is de impact van ons systeem van herkomst groot. Dit is namelijk de leeftijd waarin we leren leven in ons systeem van herkomst, ons familiesysteem. Hieronder versta ik jouw ouders, voorouders, tijdsgeest, cultuur, verenigingen en geloof.
Misschien durf je dit niet omdat je niet weet wat daaruit dan tevoorschijn gaat komen. Voel je angst voor het onbekende. Maar wil je net zoals de heldin bij jouw schat komen, dan moet je langs je kindwond. Deins je hiervoor terug dan is het net als ganzenbord, terug naar de start. De kindwond zal je blinde vlek blijven. Ik wil niet vervelend doen, maar dit is helaas zoals het werkt.
Laten we beginnen met het volgende uitgangspunt: jij bent onderdeel van een groter geheel. Binnen dat geheel gelden 3 systemische basisprincipes: ordeningen, geven en nemen en erbij horen. Als kind leer je hoe binnen deze basisprincipes kunt overleven. Ieder kind doet dat op een eigen manier. Daarom kunnen er ook zulke grote verschillen tussen broers en zussen bestaan.
Vervolgens spelen er nog andere regels een rol. Deze zijn in tegenstelling tot de eerste drie, veel moeilijker te herkennen. Je kan denken aan patronen die reeds bij voorouders zijn ontstaan en waar jij als kind onbewust in meegezogen bent. Of aan onbewuste beloftes die jij hebt gemaakt om het systeem te kunnen dienen. Trauma’s zijn ook van grote invloed. Vooral de trauma’s die vergeten worden omdat ze ogenschijnlijk niet zo groot zijn, kunnen van grote invloed zijn op iemands leven.
Zowel systemisch als volgens de monomythe de Reis van de Heldin, is jouw innerlijke kind van groot belang bij het leven van je potentieel. De 3 basisprincipes voor het overleven van een systeem kunnen inzicht geven in de kindwond. Laten we beginnen met de eerste relatie in je leven, de relatie met je moeder. Deze geeft ook inzicht in de relatie met je vader.
Het eerste principe: Ordening
Als we naar de ordening kijken, dan is de vraag: ‘Staat de moeder op de plek van de moeder en de dochter op de plek van de dochter?’. Als de dochter als kind al op de plek van de moeder terecht is gekomen omdat moeder innerlijk of fysiek afwezig was, dan is de ordening verstoort. Een dochter kan de moederrol oppakken naar haar broers en zussen. Of de dochter kan op de partnerplek van de moeder staan en zo dus de ‘partner’ van de vader worden. Vader en dochter kunnen het beter met elkaar vinden dan vader en moeder. Dit zijn de vaderdochters.
Het kan ook zijn dat de dochter al jong op de plek van de moeder van de moeder terecht is gekomen omdat moeder hulp op welke wijze dan ook nodig had of dat de dochter liefde en erkenning aan de moeder kan geven die de moeder niet kon krijgen van haar eigen moeder. Aanleidingen hiervoor kunnen zijn dat de moeder van de moeder, ziek was, vroeg overleden was of zich afwendde van haar dochter. De dochter heeft de ‘lege’ plek ingevuld en is groot gegroeid op de plek van de moeder van de moeder.
Invloed familiegeweten
Bovenstaande verschuivingen ontstaan onbewust onder invloed van het familiegeweten. Het kind dient onbewust de moeder en daarmee het familiesysteem. Het kind vergroeit met deze plek en zal deze beweging in systemische termen, triangulering respectievelijk parentificatie, hoogstwaarschijnlijk herhalen in andere relaties. Tijdens het volwassen leven kan de dochter daar zelf last van krijgen omdat ze nooit op haar eigen plek staat, maar altijd op een plek met meer verantwoordelijkheid dan die werkelijk bij haar hoort. Het gevolg kan zijn dat de last op haar schouders te groot wordt of dat ze veel confrontaties krijgt met gelijken die zich niet erkent voelen in hun gelijkheid.
Het tweede principe: Geven en nemen
Een verschuiving in de ordening gaat altijd gepaard met een verstoring in de uitwisseling oftewel het principe van geven en nemen. Ouders geven aan hun kinderen, kinderen nemen van hun ouders. Kinderen hoeven niet evenveel terug te geven aan hun ouders om de relatie in leven te houden. De bloedband maakt dat ze altijd familie van elkaar zullen zijn. Maar in de uitwisseling worden de ouders bekrachtigt als de kinderen het leven dat hun ouders hen geven, ten volste kunnen nemen en het zelf weer door kunnen geven. Deze uitwisseling bekrachtigt het familiesysteem. Dit principe lijkt op het stromen van de rivier van de bron naar de zee. Water begint altijd bij de bron en stroomt van hoog naar laag.
Als in de ordening echter de dochter op de plek van de moeder of moeder van de moeder staat, kan zij niet nemen en geeft zij tegen de stroom in. Dit gaat haar krachten te boven en maakt dat zij niet kan nemen als dochter en daarmee dus ook minder of niet kan geven vanuit haar plek. Het ervaren van een innerlijke leegte is hier bijvoorbeeld een symptoom van.
Het derde principe: Erbij horen
Het derde principe erbij horen kan ook van toepassing zijn. De vraag is ‘Wie of wat hoorde er niet bij?’ Hierbij kun je denken aan vroegtijd beëindigde zwangerschappen, miskramen, overleden kinderen, buitengesloten familieleden, verzwegen of ontkende voorvallen, verslavingen of gedragingen in het familiesysteem van de moeder. De dochter kan hier onbewust verstrikt mee zijn. De kracht van het familiegeweten is zo groot dat het vraagt aan een willekeurig iemand, in dit geval de dochter, om te laten zien, of aankijken wat anderen niet wilden of konden zien. Zo kan de dochter een patroon zichtbaar maken dat al eerder ontstaan is.
Op een diepere laag
Een familiesysteem heeft een krachtig familiegeweten. Volstrekt willekeurig wordt het ene kind wel ingezogen en het andere niet. In de worstelingen is te zien wie wel en wie niet. Door systemisch naar je worsteling te kijken, vind je een opening op een diepere laag, in het onbewuste, waardoor je meer ruimte kunt gaan voelen ondanks je patroon. Voorbij groeien aan een patroon is dan niet iets wat van de ene dag op de andere moet gebeuren, maar wordt een manier van groeien als mens, als vrouw, als dochter en deel van een groter geheel.
Wil je je worsteling verder onderzoeken dan kun je uiteraard bij mij terecht voor individuele begeleiding of workshop.